Samenvatting webinar
Tijdens dit webinar stond nieuwe wetgeving centraal die duurzaamheid in de GWW-sector moet borgen - de Milieukostenindicator (MKI) als gunningscriterium. De focus lag op hoe MKI praktisch wordt toegepast in grond-, weg- en waterbouwprojecten.
MKI verankerd in regelgeving
Charlie de Jong (Ministerie van IenW) lichtte toe hoe MKI wordt verankerd in de regelgeving. De MKI drukt milieu-impact uit in euro’s en wordt verplicht in aanbestedingen van grote GWW-werken. Het kabinetsbesluit omvat twee hoofdmaatregelen:
- MKI-prestatie-eisen voor beton, asfalt en mogelijk staal in alle GWW-projecten.
- Verplichte inzet van MKI als gunningscriterium bij grote aanbestedingen vanaf een bepaald drempelbedrag.
Er komt een MKI-ondersteuningspunt waar vragen kunnen worden gesteld en er worden standaardcontracten (RAW, UAV-GC) aangepast om een gelijk speelveld te garanderen.
Wetgevingstraject vanaf nu
De wetgeving loopt van Q4 2024 tot Q3 2025. Belangrijke onderdelen:
- Prestatie-eisen worden ontwikkeld in overleg met markt en experts, gebaseerd op haalbaarheid en klimaatdoelen.
- Gunningssystematiek wordt uitgewerkt, met aandacht voor uitzonderingen en vaststellen wat het drempelbedrag wordt waar MKI als gunningscriterium verplicht wordt gesteld.
- MKI-ondersteuningspunt via PIANOo biedt hulp bij inkoop, contracten en opleidingen.
De regels worden opgenomen in de Wet Milieubeheer, met een AMvB en Ministeriële Regeling. De internetconsultatie start binnenkort. De invoering volgt twee jaar na vaststelling.
Praktijkvoorbeelden uit gemeenten
Gooise Meren
Marjolijn Guijt vertelde hoe de gemeente sinds 2022 MKI inzet in aanbestedingen, onder andere bij een RAW-raamovereenkomst voor asfaltonderhoud. MKI telt hierbij voor 30% mee. Haar conclusie is dat MKI als gunningscriterium het aantal inschrijvingen niet vermindert, dat het duurzaamheid expliciet en meetbaar maakt en dat het makkelijker maakt om onderscheid te maken tussen aannemers. Ook geeft ze mee dat het belangrijk is directievoerders en toezichthouders mee te nemen in voorbereiding en resultaat.
Nijmegen
Frank van den Hoogen lichtte aan de hand van een concreet project toe hoe MKI op twee manieren wordt toegepast:
- Als gunningscriterium bij functionele uitvragen met veel ontwerpruimte.
- Als maximale eis bij technische uitvragen (bijv. RAW), om interne varianten te vergelijken en eisen vast te leggen in het bestek (via Bouwcirculair).
Wil je meer weten over hoe jij concreet met MKI aan de slag kunt gaan, wat er verplicht wordt in de toekomst en hoe je ondersteunt kunt worden? Kijk dan het hele webinar terug.
Kijk het webinar terug (1 uur)
Vragen met antwoorden (antwoorden zijn ook van deelnemers, tenzij anders aangegeven)
De norm vangt op dat we op een eenduidige manier MKI waarden berekenen. Je kunt datasets makkelijk manipuleren, maar niet als je geverifieerd moet worden conform de norm. Dit maakt een groot verschil tussen vrijwillige publicatie (bijna alles kan) en verplichte publicatie (strenge norm + verificatie)
Je borgt met MKI niet welke materialen en welke kwaliteit je krijgt. Je wilt dit dus wél meenemen in de kwaliteitseisen die je stelt. Die kunnen specifiek zijn (materialen) of functioneel (X sterkte of X levensduur). De combinatie houdt aannemers eerlijk: én kwaliteit én richting 0 MKI
We zitten nu in de transitie naar de uitgebreide set milieu-effecten. Dit noemen we 'set 2'. Die transitie is enkele jaren terug gestart. Vanaf 1 januari 2026 (geloof ik) rekenen we met de nieuwe omrekenset. Die zijn Europees compatibel.
Intussen tijdens de transitie moeten we als LCA specialist zowel Set 1 als Set 2 publiceren
Ja, de papieren controle kan gebeuren vóór definitieve gunning. Dat heeft als voordeel dat mensen pas LCA's hoeven te laten verifiëren (kosten) wanneer ze gewonnen hebben. Dat scheelt geld. Maar daarna wil je óók borgen dat je krijgt wat de aannemer beloofd heeft.
Jazeker! Door de standaard tendertekst voor MKI te kopiëren van een vergelijkbaar project. Laat een deskundige wel checken of de indieningen conform de norm zijn. Dit kost 2 dagen.
&
Zonder MKI kennis kan een inkoper of projectleider dus niet de berekeningen doorgronden
Dit los je bijvoorbeeld op door de breedste uitvraag op MKI te doen voor het (raam)contract en dan te schalen naar # producten tijdens uitvoering. Je rekent iemand dan af op de MKI-waarde per eenheid product (incl materieel)
Het mooie van MKI is dat je er geen verstand van hoeft te hebben: de aannemers komen met MKI-waarden conform de norm. Een deskundige checkt of het klopt. En dan is een MKI van 7 beter dan een MKI van 8. Dit is de charme van deze methode: het levert simpele cijfers op. Hoe lager hoe beter.
Hierdoor hoef je als opdrachtgever geen asfaltspecialist te worden. En innovatie gebeurt vooral op de grotere projecten. Die spreiden vervolgens naar kleinere projecten die meeliften op de behaalde MKI-reducties, meestal onder (kleinere) gemeenten. Hierdoor kan een gemeente net zo sterk zijn als RWS (inhoudelijk)
De controle of groen / grijsgas wordt gecontroleerd door de verificateur. Die vraagt bijvoorbeeld de onderbouwing op van de energierekening die toegerekend is aan productieprocessen en aan producten. Het mooie is dat de financiële controle van (in dit geval de asfaltcentrale) benut wordt om dezelfde data te controleren op MKI.
MKI is een milieuboekhouding. Dat spreekt inderdaad totaal niet. Het verschil maak je door te innoveren in materialen, machines, chemie, etc. In de praktijk is MKI de start van het gesprek. Waar zit de impact? Wat kan de aannemer doen? Wat kan de opdrachtgever doen in het sluiten van de keten? Vroeger ging de opdrachtgever leuren om de aannemer in beweging te krijgen. Nu zie je de aannemer proactief het gesprek aangaan met de opdrachtgever om grondstoffen in cyclus te sluiten. Dat is samenwerking. En het inspireert
En je hebt het 'not invented here' principe: aannemers worden enthousiaster van oplossingen die ze zelf bedacht hebben dan wat een slimme opdrachtgever bedenkt en voorstelt
Eens, idealiter gebruik je een vermenigvuldigingsfactor op de MKI-waarde (MKI x X = gunningsvoordeel), maar eigenlijk wil je kijken naar de MKI-per-aanbestede-euro. Dit geeft een eerlijk cijfer waarmee je asfalt, beton en hout zelfs onderling kan vergelijken in-project.
Frank: tot nu toe alleen die met de meeste impact en dat is vaak asfalt.
Deelnemer: De LCA norm stelt dat je 95% compleet wilt zijn in je MKI. Dit zijn in de praktijk / bouw meestal enkele grote materiaalstromen. Resulteert in weinig materiaal LCA's die men hoeft op te stellen. Maar een LCA is ook 5 jaar geldig, dus die wordt meestal ook hergebruikt
Dat is afhankelijk van hoeveel ruimte je hiervoor wilt geven als opdrachtgever richting aannemer. In principe moet ieder product met 0 MKI gemaakt moeten worden.
Stel dat een betonklinker 25 euro MKI / m3. En de factor is bijvoorbeeld 8 (laag). Dan reken je 25 euro x 8 gunningsvoordeel = 200 gunningsvoordeel
Inhuur van een onafhankelijke LCA-deskundige kost ca € 2000,- a € 3000,-. Dat is meestal op het totaalbedrag peanuts. De moeite waard.
In Amsterdam zijn we hier ook op overgestapt; nog maar een paar projecten ervaring.
Niet helemaal, want een CAT3 item hoeft ook maar 80% compleet te zijn. Dus 80% + 30% is 104%
Referentie is op basis van categorie 3 data excl. 30% opslag
Ja, maar dit is controversieel. Ik zou module D helemaal niet meenemen. Hier heb ik omschreven waarom: https://www.linkedin.com/pulse/product-lcas-waardeloos-met-module-d-jochem-mos-qglhe/?trackingId=%2FvSf2AjhQ%2B21773%2BsHyQxw%3D%3D
Gerealiseerd hergebruik zit in A1-A3. Toekomstig hergebruik zit in module D. Echter, dit is zeer controversieel, want: nog niet zeker, wordt misbruikt door aannemers en doet weinig als we in de toekomst al productieprocessen hebben met MKI = 0. Je compenseert dus niets. Je wilt toekomstig hergebruik (door losmaakbaarheid) belonen op voorkomen grondstofuitputting (abiotische uitputting wél in module D meenemen) of door langere levensduur te belonen in kwaliteit (eis / emvi)
Onderhoud en beheer zit in module B van de LCA. In principe ben je als opdrachtgever vrij om de kiezen welke modules je meenement. Betrouwbaar is module A1-A5 (productie en toepassing), lastiger is module A1-C4 (inclusief onderhoud en afdanking), maar voorkom module D (onbetrouwbaar)
Wordt meegenomen in de LCA, in A4 (transport) en A5 (toepassing op de bouwplaats)
Klopt, dat zit in A1-A3. Als je een bouwmateriaal hergebruikt, dan krijg je een veel lagere impact in A1-A3.
Op de lange termijn (losmaakbaarheid) zie je veel ongewenste neveneffecten, inclusief misbruik. Dit artikel gaat daar op in (mét oplossingen): https://www.linkedin.com/pulse/product-lcas-waardeloos-met-module-d-jochem-mos-qglhe/?trackingId=%2FvSf2AjhQ%2B21773%2BsHyQxw%3D%3D
&
D moet je vergeten, niet meenemen.... Eigenlijk zou je de D van de materialen die je opneemt in het werk moeten meenemen. De D van nieuwe materialen komt pas beschikbaar over 40 jaar (te ver weg)
Eens, dit noemen we het 'rebound effect'. Dit voorkom je door MKI per aanbestede euro te bekijken. Als die daalt, dan heb je een structurele MKI-reductie (geen waterbedeffect)
Eens, standaard nemen we grijze stroom en niet energiemix als referentie. Dit is redelijk stabiel. Als je hiervan af wilt wijken als producent, dan moet je een Garantie van Oorsprong aantonen waarbij je specifiek groene stroom van bijvoorbeeld windenergie afneemt. Dit wordt centraal bijgehouden, zodat mensen groene stroom niet tweemaal kunnen claimen
MKI meet circulariteit op drie manieren. 1. je neemt alle grondstof (en grondstofverliezen) in de hele productieketen mee. 2. Je weegt verloren grondstoffen naar zeldzaamheid (abiotische uitputting) en 3. je weegt verloren grondstoffen naar impact (toxiciteit, klimaatverandering, etc.). De abiotische uitputting en andere impacts worden gewogen naar een milieukosten. Als je geen grondstoffen verliest? Dan is MKI = 0. Als je netto grondstoffen opruimt, dan kan MKI zelfs negatief zijn (milieubaten)
Charlie: Hi ***, indien de prestatie-eisen in 2026 worden vastgesteld moeten deze in 2028 worden toegepast. Het voornemen is om ook een doorkijk te geven naar de eisen die in 2030 en 2032 gaan gelden.
Deelnemer: MKI kijkt in principe zo ver vooruit als de bouwmaterialen die je nu meeneemt in de aanbesteding. Dat is vaak 100 jaar (beton, staal), maar soms minder (asfalt ~12 jaar deklaag, etc)
Je kunt nog verder kijken door bouwmaterialen te schalen over tijd, maar dit is problematisch, omdat MKI-waarden de komende jaren sterk gaan dalen (naar verwachting)
Een lagere MKI-waarde én een lagere prijs zorgt voor een hogere welvaart. Absoluut goed. Voor circulariteit wil je een relatief lagere MKI-waarde. Dus een lagere MKI-per-aanbestede-euro
Dat is waar, maar:
ad 1: je kijkt alleen naar / waardeert alleen de 'eerste cyclus', circulair werken vraagt juist om een multicyclische benadering; ad 2: de weging is obv één enkel zeldzaam aardmetaal, wat als proxy voor de GWW-materialen niet goed past; ad 3: je weegt / waardeert verloren grondstoffen wel naar milieu-impact maar niet naar kwaliteitsverlies bouwstoffen zelf.
Marjolijn: Nationale milieu database
Charlie: Hi ***, uit onderzoek blijkt dat vrij veel gemeenten Europees aanbesteden en juist bij gemeenten is nog veel impact te behalen. Daarop sturen lukt volgens onderzoek ook met de Europese Aanbestedingsgrens. Ik herken dus niet dat het een RWS maatregel is.
we wilden wel multicyclisch denken maar daar werd misbruik van gemaakt. Zelf anticiperen op één gesloten cyclus levert al misbruik op. Dat is de reden dat mensen hier niet meer op uitvragen. Je kunt niet multicyclische aannames doen (want die aannames lopen tot over 100+ jaar in de bouw). 2. de weging is op ALLE aardmaterialen, maar we rekenen het toe naar 1 'equivalente' aardmateriaal. Net als dat je voor klimaatverandering ook naar methaan kijkt, maar omrekend naar CO2-equivalenten. 3. kwaliteitsverlies nemen we mee in grondstofverlies: downcycling zorgt ervoor dat je nieuwe grondstoffen blijft consumeren en dit weegt weer mee in de MKI-waarde